KIES JE TAAL

Veiligheidsclassificaties uitgelegd

Veiligheidsclassificaties uitgelegd

Elke zaklamp die in een gevaarlijke omgeving of besloten ruimte wordt gebruikt, moet naar behoren worden getest om te voldoen aan alle toepasselijke veiligheidsnormen voor die locaties of deze te overtreffen. Zorg er bij het selecteren van een zaklamp voor dat deze de juiste goedkeuringsclassificaties heeft. Het kiezen van het juiste licht voor uw toepassing vereist een grondig begrip van uw werkomgeving en een realistische verwachting van hoe een correct geselecteerde zaklamp in die omstandigheden zal werken.

Wat is een gevaarlijke locatie?

Gevaarlijke locaties of potentieel explosieve atmosferen zijn gebieden waar brand- of explosiegevaar kan bestaan vanwege de aanwezigheid van ontvlambare concentraties van ontvlambare gassen, vloeistoffen, dampen, stof of ontvlambare vezels of vliegen. Deze locaties zijn geclassificeerd of“ gegroepeerd’ afhankelijk van de eigenschappen van de eventueel aanwezige ontvlambare materialen en de waarschijnlijkheid van ontvlambare concentraties.

De National Electric Code (NEC) definieert classificaties voor gevaarlijke locaties en beveiligingstechnieken. De basisaanduiding is door“ klas” en“ divisie.” Er zijn drie klassen die worden gekenmerkt door het type materiaal dat aanwezig is. Klasse I-locaties worden gevaarlijk gemaakt door de aanwezigheid van ontvlambare gassen, vloeistoffen of dampen. Klasse II-locaties kunnen worden omschreven als gevaarlijk vanwege de aanwezigheid van brandbaar stof. Klasse III-locaties bevatten gemakkelijk ontvlambare vezels of vliegen. “Divisie” verwijst naar de waarschijnlijkheid dat ontvlambare concentraties van ontvlambare materialen in een bepaald gebied aanwezig zijn. Divisie 1 duidt een omgeving aan waar ontvlambare concentraties van ontvlambare gassen, vloeistoffen, dampen of stof onder normale bedrijfsomstandigheden een deel van de tijd of altijd kunnen voorkomen of waar gemakkelijk ontvlambare vezels worden vervaardigd, gehanteerd of gebruikt. Divisie 2-locaties zijn gebieden waar het onwaarschijnlijk is dat ontvlambare concentraties voorkomen onder normale bedrijfsomstandigheden of waar klasse III-materialen worden opgeslagen of gehanteerd.

Klassen voor gevaarlijke atmosfeer worden verder gedefinieerd door:“ groepen.” Brandbare materialen worden gegroepeerd op basis van hun relevante fysieke eigenschappen. Deze groepen omvatten (maar zijn niet beperkt tot):

  • Groep A Acetyleen
  • Groep B Waterstof
  • Groep C Ethyleen, koolmonoxide
  • Groep D Propaan, benzine, nafta, benzeen, butaan, ethylalcohol, aceton, methaan
  • Groep E Metalen waaronder aluminium, magnesium (Afd. Alleen 1)
  • Groep F Koolstofhoudend stof, waaronder steenkool, roet en cokes
  • Groep G Stof niet inbegrepen in E en F, inclusief hout, plastic, meel, zetmeel of graanstof

Vanaf juli 2003 is de verplichte naleving van de Richtlijn 94/9/EC (ATEX) van de Europese Unie (EU) van kracht geworden voor alle producten die bedoeld zijn voor gebruik in potentieel explosieve atmosferen binnen de EU-lidstaten. Anders dan de NEC, deelt de ATEX-richtlijn apparatuur in in Groep I (mijnbouw) en Groep II (niet-mijnbouw) toepassingen volgens de relevante beschermingsmethoden die in hun ontwerp zijn gebruikt. Gelijk aan divisies,“ zones” (0, 1 of 2) en gasgroepen; A (propaan), B (ethyleen) en C (acetyleen en waterstof), worden gebruikt om de kenmerken van gevaarlijke zones van Groep II te definiëren. Voor een bepaalde zone en groep is een specifieke uitrustingscategorie en beveiligingsconcept vereist.

NEC  ATEX 
DivisieVoorvalGroepCategorieZone
1continuII10
Waarschijnlijk21
2Onwaarschijnlijk32

Verder hebben alle goedgekeurde zaklampen een temperatuurclassificatie vanaf T1 (minder dan of gelijk aan 450° C) tot T6 (kleiner dan of gelijk aan 85° C) en de zaklamp die je kiest, is mede afhankelijk van de zelfontbrandingstemperatuurkarakteristieken van de stoffen die je tegen kunt komen en de omgevingstemperatuur (aangepast op 40° C) van het gebied. Dit document bevat een vereenvoudigde uitleg van veiligheidsgoedkeuringen en een lijst van enkele stoffen en voorwaarden waarvoor de goedkeuring geldig is. Het is niet bedoeld als vervanging voor een grondig begrip van het onderwerp. Herinneren; jij of de“ Autoriteit die jurisdictie heeft” zijn verantwoordelijk voor de juiste selectie en toepassing, in een goed gedefinieerd gebied, van elk goedgekeurd product voor gevaarlijke locaties. De National Fire Protection Agency (NFPA), de International Electrotechnical Association (IEC) en de meeste certificeringsinstanties die diensten op het gebied van gevaarlijke locaties aanbieden, zijn nuttige referenties voor het definiëren van gevaarlijke locaties. Streamlight-zaklampen zijn wereldwijd getest en gecertificeerd’ toonaangevende onafhankelijke laboratoria zoals Underwriters Laboratories Inc. En Demko. Het’ s uw verzekering dat de Streamlight-zaklamp die u kiest veilig, betrouwbaar en sterk genoeg is voor het werk - kenmerken die onze producten al meer dan een kwart eeuw onderscheiden.

ATEX-update

26 april 2016

Als gevolg van de nieuwe ATEX-richtlijn 2014/34/EU is heel Streamlight’ De bestaande CE-verklaringen van overeenstemming zijn dienovereenkomstig herzien. Deze herzieningen zijn aangebracht om de implementatie van de nieuwe ATEX-richtlijn 2014/34/EU weer te geven. Neem voor meer informatie over deze herziene verklaringen contact op met uw Streamlight-vertegenwoordiger.

De onderstaande informatie geeft wat achtergrondinformatie over de nieuwe richtlijn en Streamlight’ s naleving:

Op 20 april 2016 is de nieuwe ATEX-richtlijn 2014/34/EU in werking getreden. De implementatie van de 2014/34/EU-richtlijn verandert niets aan het toepassingsgebied of de essentiële vereisten van de oude 94/9/EG ATEX-richtlijn. Het is het resultaat van de aanpassing van de vorige 94/9/EG-richtlijn aan de nieuwe“ Nieuw wetgevingskader (NLF).” 1

Artikel 41 (2) van de nieuwe ATEX-richtlijn stelt dat certificaten die zijn uitgegeven onder Richtlijn 94/9/EG geldig blijven onder de nieuwe Richtlijn 2014/34/EU en dat certificaten die nog steeds verwijzen naar 94/9/EG niet opnieuw hoeven te worden -uitgegeven om te verwijzen naar de nieuwe richtlijn.2

Bestaande leveranciers’ De conformiteitsverklaring zal moeten worden herzien om de nieuwe ATEX-richtlijn weer te geven.

Alle marktdeelnemers die betrokken zijn bij de productie, verkoop of distributie worden aangemoedigd om hun verplichtingen onder de nieuwe ATEX-richtlijn 2014/34/EU te herzien.

  1. Begeleidingsdocument: Over de ATEX-richtlijn Overgang van 94/9/EG naar 2014/34/EU. 1e editie, april 2016. Europese Commissie, Brussel. Zien: http://ec.europa.eu/DocsRoom/documents/13132/attachments/1/translations
  2. Het bulletin: Een update over gevaarlijke omgevingen, februari 2016. CSA-groep, Ontario, Canada.

4 juni 2015

De recente herziening van de ATEX-richtlijn 94/9/EG informeert alle fabrikanten dat wanneer nieuwe producten op de markt worden gebracht op of na 2 april 2015, deze producten moeten voldoen aan de vereisten van de herziene veiligheidsnorm EN 60079-0:2012. Hier bij Streamlight hebben onze productontwikkelings- en nalevingsteams voortdurend gewerkt aan de ontwikkeling en ontwikkeling van onze ATEX-productlijnen, waarbij we voortdurend streven naar een evenwicht tussen de toepassingsgestuurde prestaties die onze klanten nodig hebben, terwijl ze voldoen aan de strikte vereisten van de ATEX-richtlijn.

Streamlight heeft een complete line-up van producten die voldoen aan de herziene veiligheidsnorm. Verschillende producten die vóór 2 april 2015 als nieuw op de markt zijn gebracht, blijven beschikbaar terwijl we onze reeks nieuwe producten die gecertificeerd zijn volgens de laatste revisie uitbreiden.

Bezoek ons aanbod van ATEX-producten op onze website in zowel onze oplaadbare als niet-oplaadbare productcategorieën.

TELEFOON

1-800-523-7488
1-610-631-0600

FAX

1-800-220-7007
1-610-631-0712